Coronavirus en NOWeeffout

Naast veel waardering voor de snelheid van het inzetten en uitvoeren van de NOW na een korte start met een regeling van deeltijd-WW zijn er ook snel wat kritische geluiden gekomen.

Zo was er de opmerking vanuit de Horeca dat er uiteindelijk niet 90% van de loonkosten werd gedekt, maar slechts rond de 65%. Verder werd het probleem van incidenteel loon naar voren gebracht doordat de basis januari 2020 was voor de eerste NOW-regeling. Tenslotte viel de regeling vaak ongunstig uit voor bedrijven met seizoensgebonden omzetten, start-ups en scale-ups. Het is onvermijdelijk dat een noodwet enige kinderziektes kent en dat niet allen zijn te voorkomen, of zelfs te genezen.

Wat niet terug te vinden is in de media is dat bedrijven die dit jaar van entiteit zijn veranderd, bijvoorbeeld terugwerkend naar 1 januari 2020, hierdoor geheel niet in aanmerking kwamen voor de NOW-regeling. Door een administratieve weeffout leken deze bedrijven achter het vangnet van de NOW te geraken. Wat het meest is opgevallen, is dat er in de media geen aandacht aan besteed is. Dit terwijl ik in mijn eigen bescheiden praktijk bij een tweetal vergelijkbare gevallen betrokken ben geweest. Om deze reden wil ik het u niet onthouden en zal ik een van de twee kwesties hieronder (anoniem) uiteenzetten.

Een horecabedrijf met omstreeks 25 medewerkers heeft in het voorjaar van 2019 besloten hun onderneming onder te brengen in een besloten vennootschap om fiscale redenen. Hiertoe is een zogenaamde voorovereenkomst geregistreerd bij de Belastingdienst. Gekozen is voor een geruisloze inbreng. Er werd een nieuwe holding en een werkmaatschappij opgericht. De volstorting op de aandelen die deze vennootschappen uitgeven gebeurt door inbreng van de bestaande vennootschap onder firma. De fiscale en economische inbreng vindt plaats met terugwerkende kracht naar 1 januari 2019. De juridische formaliseren vindt plaats na oplevering van jaarrekening 2019 en de notariële afwikkeling heeft in maart 2020 plaatsgevonden, net toen de coronacrisis aanving.

Hierdoor is de bedrijfseconomische winst over 2019 beschouwd als winst voor de B.V. in plaats van voor de V.O.F. Weliswaar bestaat de V.O.F. economisch en fiscaal niet meer per 1 januari 2019, maar dit geldt niet voor de verrichte aangiften BTW en loonbelasting. Het loonbelastingnummer en omzetbelastingnummer van de V.O.F. zijn gebruikt tot aan de datum van de notariële overdracht. Het voltallige personeel is van rechtswege overgegaan van de V.O.F. naar de B.V.

Door de hiervoor omschreven situatie zijn er meerdere loonbelastingnummers ontstaan. Er is door het UWV in het kader van de NOW geconstateerd dat er in januari 2020 geen loonkosten waren. Een aanvraag op de andere entiteit zou eveneens geen doel treffen, aangezien er dan geen sprake van omzet(derving) zou zijn. Het notarieel terugdraaien van de transactie bleek ook niet tot resultaat te kunnen leiden, aangezien er dan een nieuw loonbelastingnummer voor de V.O.F. zou ontstaan. Kortom, een Gordiaanse knoop en een onderneming die acuut in continuïteitsdreiging raakte door een administratieve weeffout.

Samen met de accountant is er een bezwaarschrift opgesteld met alle relevante stukken ter onderbouwing. Met behulp van een ervaren advocaat op het gebied is uiteindelijk het UWV ‘overstag gegaan’. Kortom, niet alleen complimenten voor het inzetten en uitvoeren van de NOW, maar ook voor het herstellen van de weeffouten.

Heeft u vragen omtrent dit onderwerp? Neem dan contact op met Novak DIRECT, wij helpen u graag verder!

 

Print Friendly, PDF & Email

Comments are closed.